In 1598 kondigde de Franse koning Hendrik IV het Edict van Nantes af. In sommige steden en streken van Frankrijk mochten de protestanten hun geloof vrij belijden.
In de loop van de 17e eeuw werden steeds meer vrijheden van de Franse protestanten, de Hugenoten, afgenomen. Onder leiding van de Franse Zonnekoning Lodewijk XIV werd de geloofsvervolging na 1661 snel heviger. Lodewijk trok uiteindelijk in 1685 het Edict van Nantes in en maakte zo aan alle geloofsvrijheid een einde.
Honderdduizenden Hugenoten sloegen vervolgens op de vlucht. Zo ook Claude Locquet. Locquet vluchtte samen met zijn moeder en zussen naar Haarlem. In Haarlem schreef Claude deze brief aan de burgemeesters met de vraag of hij bij de Floerswerkersgilde mocht, zonder de gebruikelijke toegangskosten te betalen.
Ongeveer 50.000 tot 75.000 Hugenoten sloegen op de vlucht naar Nederland. Hoeveel Hugenoten in Haarlem zijn geweest, weten we niet. Wel kunnen we een redelijke schatting maken van het aantal blijvers, dat lag tussen 1500 en 2000. Voor de Hugenootse predikanten stelde de Nederlandse Republiek subsidies beschikbaar om hen bij de Waalse Gemeentes aan te stellen. Rond 1690 had Haarlem daardoor wel zeven Franstalige predikanten.
>> Bekijk de transcriptie van dit document onder 'Beschikbare tools'.