In 1886 werd een parlementaire enquêtecommissie ingesteld om de werkomstandigheden van arbeiders in fabrieken en werkplaatsen te controleren. Op deze manier kon de overheid onder andere besluiten of het 'Kinderwetje van Van Houten' uit 1874 aangepast moest worden. Door een wijziging in de grondwet werden de Eerste en Tweede Kamer echter ontbonden. Het onderzoek werd niet afgerond. In 1889 werd er een wet aangenomen die overmatige en gevaarlijke arbeid van jeugdige personen en van vrouwen moest tegengaan. Een nieuwe commissie had als opdracht om het afgebroken onderzoek van 1886 voort te zetten.
Ook in Haarlem werden mensen verhoord door de commissie. Hier zie je de zittingen van getuigen uit Haarlem. De zittingen vonden plaats tussen 23 juli en 8 september 1891. De pdfs kun je onder 'verdieping' downloaden.
Week 30 = donderdag 23 juli 1891 t/m zaterdag 25 juli 1891
Week 31 = woensdag 29 juli t/m zaterdag 1 augustus 1891
Week 32 = dinsdag 4 augustus t/m zaterdag 8 augustus 1891
Week 33 = dinsdag 11 augustus t/m vrijdag 14 augustus 1891
Week 34 = woensdag 19 augustus t/m zaterdag 22 augustus 1891
Week 35 = woensdag 26 augustus t/m zaterdag 29 augustus 1891
Week 36 = vrijdag 4 september t/m dinsdag 8 september 1891
Bron
Enquête toestand arbeiders (1891)
