In de loop van de zeventiende eeuw hadden Nederlandse burgers meer geld over om te besteden aan kleding. Op deze pagina vind je een overzicht van de wisselende modebeelden.
Begin zeventiende eeuw (mannen)
- Roxken: mouwloos vest tot de heup lang, kanten herenkraag er boven op, gedragen over wambuis met strakke mouwen en ponjetten (losse manchetten van kant)
- Broek: knielange pofbroek
- Haar: kort
- Accessoires: hoge hoed met smallere rand
Voorbeeld: Karel van Mander, Spaanse mode, Engelse mode
Begin zeventiende eeuw (vrouwen)
- Vlieger: lange jurk met korte mouwen
- Molensteenkraag: wit kanten hoge ronde kraag
- Ponjetten: losse kanten manchetten
- Haar volledig weggestoken onder een kapje
- Accessoires: vouwwaaier
Voorbeeld: Welvarende vrouw, Spaanse mode, Engelse mode
Eind zeventiende eeuw (mannen)
- Ringravekostuum: wijd hemd, innocent (kleine, korte wambuis), bef (platte, liggende kraag), cape met kraag, veel lussen, strikken en kant
- Haar: lang en golvend haar, soms een sikje of een snor
- Broek: zeer wijd tot de knie, lijkt op een rok
- Accessoires: grote hoeden met veel pluimen
- Schoeisel: lage schoenen met strikken, laarzen met canons (overkousen met veel kant komen uit de laars uit), wandelstok
Voorbeeld: Vismarkt (1692), De Grote Markt (1696), Elegant paar
Eind zeventiende eeuw (vrouwen)
- Japon: rijk versierd met stroken, langs decolleté strook kant of een platte kraag
- Haar: pijpenkrullen met een chignon (knot op het achterhoofd)
Voorbeeld: Elegant paar
Midden achttiende eeuw (mannen)
- Accessoires: wandelstok met knop van goud of zilver met edelstenen, tricorne (driekantige hoed), gepoederde gezichten, lange zijden kousen
- Haar: pruik
- Jas: frac (jas met weggesneden panden, open gedragen), split midden achter, opstaand kraagje, linnen hemd
- Broek: smal en strakke kniebroek
- Schoeisel: laag en puntig met gespen van goud/zilver en edelstenen
Voorbeeld: Slepershoofd, Mozart in Haarlem, Parasol en waaier
Midden achttiende eeuw (vrouwen)
- Accessoires: parasol, waaier en halsdoek, make-up (wit gepoederd met veel rouge)
- Haar: enorme pruik met veel versiering
- Jurk: wijde rok
- Schoeisel: hoge hakken, puntig en geborduurd, met gesloten gesp of strik
Voorbeeld: Parasol en waaier
Eind achttiende eeuw (mannen)
- Jas: lange jas (van streepjesstof) zonder borduurwerk, openstaande kraag met dubbele rij grote knopen
- Hemd: dun linnen, zonder kant
- Broek: lange broek, klepsluiting
- Schoeisel: platte schoenen
- Haar: geen pruik, maar "á la Titus, á la Brutus" (volgens romeins model, kort geknipt met krulletjes om het gezicht)
- Accessoires: wandelstok van knoestig hout, hoge linnen halsdoek
Voorbeeld: Johannes Petrus Horstok, schilder, Driesteek, Arm en rijk
Eind achttiende eeuw (vrouwen)
- Japon: eenvoudig en recht tot op de grond, decolleté opgevuld met een halsdoek van batist (dun linnen), effen stof en geen borduurwerk
- Accessoires: grote hoeden
- Haar: geen pruiken meer
Voorbeeld: Uit het korset, Arm en rijk
Begin negentiende eeuw (mannen)
- Habit: jas met lange achterpanden, hoog opstaande kraag, dubbele rij knopen, eronder een wit hemd met los omgeknoopte das
- Accessoires: hoge hoed met smalle randen
- Schoeisel: laars
- Haar: kort en krullerig, bakkebaarden
Voorbeeld: Volksfeest, Klarinetspeler
Begin negentiende eeuw (vrouwen)
- Japon: collerette (openstaande kraag met ruches over het decolleté en blote schouders)
- Accessoires: omslagdoek van geitenwol versierd met botehmotief (Oosterse versiering in druppelvorm), lange handschoenen
Voorbeeld: Jonkvrouw
Eind negentiende eeuw (mannen)
- Driedelig kostuum (colbert, vest en broek), das (gestrikt om hoge boord)
- Accessoires: bolhoed
- Schoeisel: zwarte platte schoenen
- Haar: kort, bakkebaarden, snor
- Onderkleding: onderbroek zonder elastiek
Voorbeeld: Brandweer, Heren onderbroek
Begin twintigste eeuw (vrouwen)
- Onderkleding: onderbroek
Voorbeeld: Dames onderbroek
Bekijk ook deze filmpjes over 100 jaar mode: vrouwen en mannen.